Proefschrift Isabelle Oostveen-de Vink
Isabelle Oostveen-De Vink |
Thinking outside the cube: Divergent and convergent thinking in elementary mathematics education’
Vrijdag 6 oktober 2023 om 10:30u Aula van de Radboud Universiteit, Nijmegen |
|
Samenvatting
Wereldwijd is er steeds meer aandacht voor creativiteit in het onderwijs omdat creatief denken en leren met elkaar samenhangen (Beghetto, 2016; Wyse & Ferrari, 2015). Creatief denken helpt leerlingen namelijk om bestaande kennis te integreren met nieuwe informatie en zo tot nieuwe ideeën te komen (Montag-Smit & Maertz Jr., 2017). Ook in Nederland is er steeds meer aandacht voor creatief denken in het onderwijs. In de plannen voor de curriculumvernieuwing van het primair onderwijs is creatief denken bijvoorbeeld opgenomen als vakoverstijgende vaardigheid die leerlingen onder de knie moeten krijgen (Curriculum.nu, 2018).
Een van de vakken waarbij creatief denken een rol speelt, is rekenen wiskunde. Binnen dit vak staat het oplossen van verschillende problemen centraal (Schoenfeld, 2014). Met name bij nieuwe reken-wiskundeproblemen
waarbij leerlingen er op basis van de oplossingsmethoden die zij eerder hebben geleerd niet uit komen, is het belangrijk dat leerlingen creatief denken om zo tot alternatieve oplossingsmethoden te komen (Leikin, 2009). Leerlingen doen dit door te bepalen welke elementen centraal staan in het rekenprobleem en de verbinding te leggen met wat zij al weten over het onderwerp. Door deze kennis en informatie flexibel te gebruiken, kunnen zij een oplossingsmethode voor het probleem bedenken (Hadamard, 1996; Mann, 2005). Een voorbeeld hiervan is de opgave om een vierkant op zoveel mogelijk verschillende manieren in vier gelijke stukken te verdelen. Door creatief te denken, komen leerlingen niet alleen tot voor de hand liggende oplossingsmethoden, maar ook tot meer originele methoden. Creatief denken is ook belangrijk voor problemen waarvan leerlingen de oplossingsmethode al paraat hebben. Door verschillende (originele) oplossingsmethoden te bedenken en te vergelijken, leren leerlingen namelijk wiskundige concepten beter te begrijpen (Kattou et al., 2013; Leikin, 2007; Mann, 2006). Het is daarom belangrijk dat creatief denken binnen het reken wiskundeonderwijs aan bod komt.
Er is echter nog weinig bekend over hoe verschillende creatieve denkvaardigheden samenhangen met reken-wiskunde prestaties en hoe leerlingen hierbij het best kunnen worden ondersteund. In dit proefschrift staan eeuw door
daarom twee creatieve denkvaardigheden centraal die in de 20e Guilford (1973) zijn geïntroduceerd: divergent en convergent denken.
Divergent denken betreft de vaardigheid om verschillende oplossingen of antwoorden te bedenken voor een bepaald probleem, terwijl convergent denken wordt gebruikt voor het evalueren van deze opties en het kiezen van de best mogelijke oplossing of oplossingsmethode. Theorieën over creativiteit stellen dat het samenspel tussen beide denkvaardigheden belangrijk is om tot creativiteit te komen, alhoewel de nadruk in onderzoek naar creativiteit vaak op divergent denken ligt. In dit proefschrift is geprobeerd om twee hoofdvragen te beantwoorden: 1) Welke rol spelen divergent en convergent denken bij het oplossen van rekenen wiskunde problemen door basisschoolleerlingen? 2) Hoe kunnen divergent en convergent denken succesvol worden ondersteund bij het oplossen van rekenen wiskunde problemen door basisschoolleerlingen? Deze twee hoofdvragen zijn onderzocht in drie verschillende studies, die zijn uitgevoerd in groep 7 van het regulier basisonderwijs.
Verwijzingen
- Oostveen-De Vink, I. (2023). Thinking outside the cube: Divergent and convergent thinking in elementary mathematics education (pp. 157). Nijmegen: Radboud Universiteit.
- De Vink, I. C., Willemsen, R. H., Lazonder, A. W. and Kroesbergen, E. H. (2021). Creativity in mathematics performance: The role of divergent and convergent thinking (PDF) British Journal of Educational Psychology. doi:10.1111/bjep.12459 .