Expertisenetwerk Bèta Onderwijs

In Memoriam Joost Klep

Joost Klep overleed op 19 september 2025, 76 jaar oud.

Wij willen hem graag hier eren vanwege zijn werk voor de didactiek van rekenen-wiskunde.

Joost heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het denken over rekenen-wiskunde, vanuit zijn eerdere opleidingen in Nijmegen (wiskunde) en Delft (promotionderzoek w.b. informatie- en simulatie-omgevingen). Hij raakte na zijn studie wiskunde betrokken bij het opleidingsonderwijs (pabo) en vervolgens werkte hij bij de SLO van 1981 tot 2007. In 2007 werd hij hoogleraar rekenen-wiskunde aan de Justus-Liebig-Universiteit Gießen (Duitsland). Dit deed hij tot 2012. In 2020 richtte hij nog een eigen onderneming op onder de naam Arithmeticus.

Joost was betrokken bij o.a.

  • TULE-beschrijvingen (tussendoelen annex leerlijnen) voor rekenen-wiskunde
  • Willem Bartjens (het huidige Volgens Bartjens), als hoofdredacteur
  • Het helpen samenstellen van de eerste kerndoelen voor rekenen-wiskunde
  • Baanbrekend werk rondom computerprogramma’s voor rekenen-wiskunde (o.a. Plato en de Rekenspiegel), later doorgezet in de onderneming Arithmeticus
Joost leerde ik kennen in de periode van 1973 tot 1981, toen hij opleider was aan de ‘Pedagogische Akademie Groenewoud’ in Nijmegen. We maakten beide deel uit van de ‘werkgroep ter ontwikkeling van de didactiek van het vak Wiskunde & Didactiek voor de Pabo’ onder leiding van Fred Goffree. Joost had een belangrijke inbreng in de groep.

Als Joost aan het woord was moest ik extra goed luisteren, want hij kwam nogal eens met lastige probleemstellingen. We genoten beide enorm van de pionierstijd waar we in terecht gekomen waren. Hij was voor mij een betrokken en sympathieke collega.

In zijn SLO-tijd promoveerde hij in 1998 op het ontwikkelen en onderzoeken van het computerprogramma Arithmeticus, een programma, gestoeld op zijn diepgewortelde opvatting dat vorm- en inhoud van het reken- en wiskundeonderwijs op maat gemaakt moeten worden waar dat nodig is. Maar dat het tegelijkertijd inzichtelijk moet zijn voor elke leerling, zoveel mogelijk op basis van eigen inbreng.

Later, in de tijd dat hij hoogleraar was (2007-2012) aan de Justus-Liebig Universiteit in Giessen (Duitsland), vroeg hij regelmatig collega’s om ‘hun verhaal’ te komen vertellen. Het was een mooi weerzien.

Joost was de eerste jaren hoofdredacteur van Willem Bartjens (het huidige Volgens Bartjens). Hij schreef aan het NVORWO-bestuur, vlak voor zijn overlijden, dat hij met pijn in zijn hart afscheid nam van het tijdschrift.

Het is wellicht goed om Joost zelf aan het woord te laten, middels een column die Joost schreef in het kader van de Panama Conferentie 2007:

“Ik was pas tijdens de middagpauze op een opleiding. Een paar docenten aan de eettafel, een paar met elkaar in gesprek. U kent dat wel. Zo’n eettafel is een kraamkamer van het onderwijs bewustzijn. Kraamkamer? Uitkraamkamer eigenlijk. Tjonge, wat daar allemaal gezegd wordt.

We hadden het aan tafel over rekenen. “Het CITO heeft wel gelijk hoor”, zei Frits, een neerlandicus, “het wordt niets meer met dat rekenen. Zelf reken ik nooit meer”. Nou ja, dat zegt ie zó, maar ik weet dat hij zelf een spellingsfreak is. Luuk, een gymcollega, grapte direct terug: “Wie schrijft er vandaag de dag nog nederlands? We sms-en toch alleen maar?

Tja, ik wil niks zeggen hoor, maar ‘nooit rekenen’ wil er bij mij niet in. Op de zaterdagmarkt zie ik volop mensen die rekenen. Al lijkt het, dat daar ook de klad in komt. Pas bij de kapper, ook zo’n uitkraamkamer, zei de kapster dat haar vader een groentekraam heeft. De hele familie hielp in de groentekraam, en iedereen kon perfect hoofdrekenen. “Tegenwoordig”, vertelde ze, “heeft hij een weegschaal, waar je achtereenvolgens een zak spruitjes op gooit, een zak aardappelen en een zak tomaten en dan geeft dat apparaat een bon! Niks meer rekenen …”, zei ze met weemoed. Ik had het wel met haar te doen: rekenen was de trots van de familie. Had ze ook geërfd van haar vader. Allemaal aan diggelen. De moderne techniek gaat onbarmhartig verder.

Lees verder

In mijn geheugen zit de term ‘Plato en de Rekenspiegel’ direct gekoppeld aan het werk van Joost. Dit was software die hij toen specifiek ontwikkelde voor het basisonderwijs, en daar raken zijn en mijn interesses: In 1987 schreef ik mijn scriptie (bij onderwijskunde) over ongeveer hetzelfde vraagstuk (hoe kun je zo ‘slim’ mogelijk reageren op wat een leerling intypt in een computersessie als het gaat om sommen maken. Ik zocht in een van de bronnen (“Basisvaardigheden en computers” uit 1985) op wat Joost hierover zegt:


En daar herken ik veel in uit de zoektocht van die tijd: we wilden graag al iets van ‘artificiele intelligentie’ toevoegen aan de computersoftware (intelligent tutoring systems) om een echte ondersteuning te kunnen zijn, maar de stand van de computer was daar nog niet geschikt voor (te weinig bronnen/data, te weinig rekenkracht, etc.).

Het was een zoektocht waarin ik Joost heb leren kennen als een nieuwsgierig mens en vaardig onderzoeker.

1980-2000

  • Gilissen, L. and Klep, J. (1980). De getallenlijn. Tellen, meten, rekenen en denken. Tilburg: Zwijsen.
  • Klep, J. (1984). Handleidingen en bestuderen (PDF). In Panama Cursusboek 2 methoden reken/wiskundeonderwijs (Vol. 2, pp. 121–124). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Klep, J. and Gilissen, L. (1985). Basisvaardigheden en computers (PDF). In Panama Cursusboek 3 reken/wiskundeonderwijs anno 1984 (pp. 153–158). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Klep, J. (1986). Basisvaardigheden en computers (1) (PDF). In Panama Cursusboek 4 nascholing een nood-zaak (pp. 152–158). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Klep, J. (1991). Komt er iets na ‘Een Wereld Rond Tafels’? Panama-Post. Tijdschrift voor nascholing en onderzoek van het reken-wiskundeonderwijs, 10(2), 20–25.
  • Klep, J. (1992). Differentiatie: een uitdaging aan de techniek? Panama-Post. Tijdschrift voor nascholing en onderzoek van het reken-wiskundeonderwijs, 10(3), 46–51.
  • Klep, J. (1992). Analytische benadering van rekenstrategieën (PDF). In Panama Cursusboek 10 rekenen onder en boven de tien (pp. 60–73). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Klep, J. (1996). Voorkennis, vervolgopgaven, adaptief onderwijs (PDF). In Panama Cursusboek 14 modellen, meten en meetkunde – paradigma’s van adaptief onderwijs – (pp. 131–141). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Baltussen, M., Klep, J. and Leenders, Y. (1997). Wiskunde avonturen met jonge kinderen.

2000-2020

  • Klep, J. (2002). Rekenhoek (PDF) (Vol. 2010).
  • Buijs, K., Klep, J. and Noteboom, A. (2007). TULE. Tussendoelen en leerlijnen (PDF) (Vol. 2012). Enschede: SLO.
  • Klep, J. (2002). Voorstellen voor kerndoelen rekenen-wiskunde (PDF) Panama-Post. Tijdschrift voor nascholing en onderzoek van het reken-wiskundeonderwijs, 21(1), 11–16.
  • Klep, J. (2002). Kerndoelen rekenen-wiskunde in een politiek krachtveld (PDF) Panama-Post. Tijdschrift voor nascholing en onderzoek van het reken-wiskundeonderwijs, 21(1), 7–10.
  • Noteboom, A. and Klep, J. (2004). Compacten in het reken-wiskundeonderwijs voor begaafde en hoogbegaafde leerlingen in het basisonderwijs (PDF) Panama-Post. Reken-wiskundeonderwijs: onderzoek, ontwikkeling, praktijk, 23(1), 29–38.
  • Letschert, J. and Klep, J. (2004). Rekenen-wiskunde als rijke bron (PDF). In Panama Cursusboek 22 Aanzet tot discussie over reken-wiskundeonderwijs (pp. 47–64.AB – De kern van onderwijzen is de interactie tussen leraar en leerling en tussen leerlingen onderling. Daar ontstaat leren, daar groeit ontwikkeling.). Utrecht: SOL coproduktie met: OW & OC, RU Utrecht.
  • Noteboom, A. and Klep, J. (2005). Als kleuters leren tellen. Peilen en stimuleren van getalbegrip bij jonge kinderen. Enschede: SLO.
  • Klep, J. and Paus, H. (2006). Geen competentie zonder repertoire (PDF) VELON Tijdschrift voor Lerarenopleiders, 27(1), 5–12.
  • Klep, J. (2007). Trends in inhoudelijke oriëntatie van het reken-wiskundeonderwijs (PDF). In M. van Zanten (Ed.), Panama Cursusboek 25 -25 jaar Panama – Gouden momenten verzilveren (Vol. 25, pp. 91–98). Utrecht: Freudenthal Institute for Science and Mathematics Education, Universiteit Utrecht.

met dank aan Kees Buijs, Vincent Jonker, Ronald Keijzer, Anneke Noteboom, Wil Oonk, Marc van Zanten

ELWIeR en Ecent als één STEM