Lerarenopleidingen Science en Wiskunde/Rekenen

Elwier alert 11: Vakdidactiek: Theorie of Praktijk?

Samenvatting van het onderzoek naar het effect van vakdidactische cursussen in de stage, in het bijzonder naar het gebruik van beoordelingsschema’s en de Kennisbank Wiskunde.

Verslag van een onderzoek van SLW, Ruud de Moor Centrum en ELWIeR,
Frans Ballering, Ton Konings, Hans Krabbendam, Henk Staal , november 2010

Voor het volledige onderzoeksverslag, zie

http://www.fi.uu.nl/wiki/index.php/Vakdidactisch_portfolio

Aanleiding

Hoe bevorder je dat vakdidactiek terug te zien is in de stage? Deze vaak terugkomende vraag heeft in de SLW (Samenwerkingsgroep Lerarenopleidingen Wiskunde) de laatste jaren geleid tot de volgende ontwikkelingen:

–          Veel thema’s uit SLW-publicaties zijn geschikt gemaakt om op te nemen in de digitale Kennisbank Wiskunde die ontwikkeld is door het Ruud de Moor Centrum. Deze kennisbank heeft verschillende zoekopties. Zo kan bijvoorbeeld een student die een hoofdstuk Grafieken uit een leerboek voor de brugklas voorbereid in de kennisbank snel praktische informatie vinden over leerdoelen, werkvormen, toetsen, aanvullend materiaal en mogelijkheden voor ict-gebruik bij dit onderwerp. Een student die meer wil weten over de achtergronden (bijvoorbeeld de leerlijnen ‘algebra’ voor de verschillende richtingen in vmbo, havo en vwo) kan gebruik maken van links die daar naar verwijzen. Het is ook mogelijk direct bij dit soort achtergronden te komen. Dit betekent dat didactische informatie voor studenten beschikbaar is op het moment dat behoefte aan is.

–          In de Kennisbank Wiskunde zijn de thema’s ‘Les voorbereiden’ en ‘Voorbereiden van een lessenreeks’ opgenomen. In deze thema’s wordt puntsgewijs concreet uitgewerkt hoe vakdidactische onderwerpen toegepast kunnen worden in een stageles of een serie lessen passend bij een hoofdstuk uit een leerboek.

–          Er zijn criteria geformuleerd waarmee de didactische aspecten van de lesvoorbereiding door de student zelf, of door de schoolpracticumdocent, of door de opleidingsdocent geëvalueerd of beoordeeld kan worden. Bij deze criteria worden vier niveaus onderscheiden: beginnend, in ontwikkeling, competent en voorbeeldig. Deze criteria zijn weergegeven in een matrix en vormen zo een beoordelingsschema.

–          Ook voor het uitvoeren van lessen zijn beoordelingsschema’s gemaakt. Iemand die stagelessen van een student observeert (een medestudent of een docent) kan met deze beoordelingsschema’s weergeven op welk niveau de student verschillende didactische aspecten realiseert in de les.

Opzet van het onderzoek

Vanaf het cursusjaar 2008/2009 zijn aan de Hogeschool Arnhem en Nijmegen, de  Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool Rotterdam enkele groepen van tweede- en derdejaars studenten gevolgd. Deze groepen kregen of een cursus ‘Voorbereiden van lessen’ of een cursus ‘Voorbereiden van een lessenreeks’. Het cursusmateriaal bestond uit de thema’s met deze namen in de Kennisbank Wiskunde of uit schriftelijk materiaal met dezelfde inhoud. In deze cursussen bereidden de studenten onder leiding van een opleidingsdocent puntsgewijs een serie lessen voor, die na de cursus ook uitgevoerd werd. Zowel de voorbereiding als de uitvoering werden beoordeeld met behulp van de beoordelingsschema’s. Bovendien hebben de studenten voor en na de cursus een enquête ingevuld en zijn er gesprekken geweest met twee groepjes studenten. De antwoorden uit de enquêtes, de scores op de beoordelingen en de verslagen van de interviews zijn verzameld en geanalyseerd teneinde antwoord te krijgen op de vraag in welke mate en op basis waarvan studenten vakdidactische onderwerpen toepassen in de stage.

Conclusies

–          De studenten zijn van mening dat de cursussen ‘Les voorbereiden’ en ‘Lessenreeks voorbereiden’ als effect hebben dat vakdidactiek wordt toegepast in de stage.

–          De studenten zijn positief over het werken met beoordelingsschema’s, omdat daarin duidelijk is vastgelegd waaraan de voorbereiding en uitvoering van lessen moeten voldoen.

–          De studenten  vinden dat er met behulp van de beoordelingsschema’s een goed beeld gegeven is van de kwaliteit van de voorbereiding en uitvoering van lessen.

–          Het werken met beoordelingsschema’s heeft als effect dat er meer tijd besteed wordt aan het voorbereiden van lessen en dat die voorbereiding meer doelgericht is omdat de studenten zich richten op de vakdidactische elementen die in de cursussen ‘Les voorbereiden’ en ‘Lessenreeks voorbereiden’ behandeld worden.

–          Bij het beoordelen van stagelessen van studenten zijn lerarenopleiders het strengst, daarna komen de medestudenten en de begeleidende docenten op de stageschool zijn het mildst.

–          Het kost moeite om collega opleiders en schoolpracticumdocenten te bewegen om de beoordelingsschema’s te gebruiken. Docenten die enige training krijgen in het gebruik van de schema’s zijn meer genegen om ze te gebruiken.

–          De Kennisbank Wiskunde kent per maand ongeveer 15000 pageviews. Op grond daarvan zou je kunnen vermoeden dat de Kennisbank Wiskunde voor een aardig aantal wiskunde docenten of studenten van lerarenopleidingen en een gewaardeerde bron is. Het is echter niet bekend door wie precies de Kennisbank Wiskunde geraadpleegd wordt. In ieder geval is uit het onderzoek gebleken dat studenten wijzen op het bestaan van de Kennisbank Wiskunde of het demonstreren van deze kennisbank niet als effect heeft dat studenten die kennisbank ook op wat langere termijn blijven gebruiken. Dit is wel het geval als tijdens een cursus systematisch met de kennisbank gewerkt wordt.

Bij het onderzoek waren totaal 38 studenten betrokken. Dat aantal is te klein om conclusies te trekken over de betrouwbaarheid van het beoordelen met behulp van de schema’s. Ook bleek het idee om eenzelfde les door meer personen te laten beoordelen in de praktijk niet uitvoerbaar.

Aanbevelingen

–          De beoordelingsschema’s en de scores van studenten moeten vooral gebruikt worden als aanleiding voor gesprekken van opleiders met studenten over hun vakdidactische vorderingen. Op die manier kunnen de beoordelingsschema’s ook een rol spelen bij de samenstelling van het vakdidactisch deel van het portfolio. In de Kennisbank Wiskunde zijn daar nu al verdere suggesties voor te vinden in het thema ‘Vakdidactisch portfolio’.

–          Door in verschillende fases van de opleiding te gaan werken met de beoordelingsschema’s zou nagegaan kunnen worden of met behulp van de schema’s inderdaad de ontwikkeling van studenten gedurende de opleiding zichtbaar gemaakt kan worden.

–          Door de scores van grotere aantallen studenten te verzamelen en regelmatig een stageles door meerdere personen te laten beoordelen zou nagegaan kunnen worden hoe betrouwbaar de beoordelingen zijn.

–          Het onderzoek is opgezet door leden van de SLW die betrokken waren bij het ontwerpen van de cursussen ‘Les voorbereiden’ en ‘Lessenreeks voorbereiden’, het samenstellen van de beoordelingsschema’s en de ontwikkeling van de Kennisbank Wiskunde. De cursussen werden echter uitgevoerd door collega-opleiders die niet in de SLW zitten. Deze collega’s bleken goed te kunnen werken met het cursusmateriaal en de beoordelingsschema’s. Daar trekken we de conclusie uit dat de ideeën rond het werken met deze cursussen, met de beoordelingsschema’s en met de Kennisbank Wiskunde voldoende uitgekristalliseerd zijn om op wat grotere schaal ingevoerd te worden. Dit kan gepaard gaan met het systematisch evalueren van de hele werkwijze en in het bijzonder van de beoordelingsschema’s onder opleiders, schoolpracticumdocenten en studenten. Belangrijke vragen hierbij zijn of in de schema’s de relevante onderdelen van de vakdidactiek aangestipt worden, of de vier verschillende niveaus per onderdeel goed onderscheiden en beschreven zijn en of de gehele opzet van de cursussen en beoordelingen goed uitvoerbaar zijn. Deze evaluatie kan leiden tot aanpassingen die er toe bijdragen dat de hele manier van werken gedragen wordt door een grote groep van gebruikers.

–          Het vakdidactische deel van de kennisbasis is nagenoeg gelijk aan de beroepsstandaarden zoals die zijn vastgelegd in het WiVa-rapport. In het vakdidactische deel van de kennisbasis wordt bij alle elementen uit het WiVa-rapport doorverwezen naar praktische voorbeelden die vaak te vinden zijn de Kennisbank Wiskunde en SLW-publicaties. De verschillende lerarenopleidingen wiskunde moeten nagaan hoe je kunt vaststellen of een student over voldoende didactische bekwaamheden beschikt. Beoordelingsschema’s kunnen hierbij een belangrijke rol spelen en bij het verder ontwikkelen hiervan zouden de opleidingen kunnen samenwerken in de SLW.

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

ELWIeR en Ecent als één STEM