Lerarenopleidingen Science en Wiskunde/Rekenen

Wereldoriënterende vakken op de kaart

Wereldoriënterende vakken in het basisonderwijs zijn van belang voor basisschoolleerlingen en de Nederlandse samenleving. Maar in het huidige beleid van het ministerie van OCW ligt de prioriteit bij taal en rekenen. Gevolgen: basisscholen besteden minder tijd aan wereldoriënterende vakken en de leerling-resultaten zijn gemiddeld niet voldoende. Daarom heeft Prof. dr. Kerst Boersma (mede namens verscheidene andere hoogleraren) een brief aan OCW gestuurd. Hierin staan aanbevelingen om de kwaliteit van het wereldoriëntatieonderwijs te verbeteren.

In de samenleving van de 21e eeuw spelen wetenschap en technologie een belangrijke rol. Om te kunnen deelnemen aan deze samenleving, moeten basisschoolkinderen bepaalde kennis en vaardigheden ontwikkelen. Ze moeten bijvoorbeeld vragen kunnen stellen en kritisch kunnen denken. Daarbij zijn zowel taal en rekenen (voor basisvaardigheden), als de wereldoriënterende vakken (voor basale kennis) van belang.

“Aardrijkskunde, biologie, geschiedenis, natuurkunde, scheikunde en techniek kunnen een wezenlijke bijdrage leveren aan de voorbereiding van kinderen op vervolgonderwijs en burgerschap in de 21e eeuw.” (Boersma, 2012, p.2). Wereldoriënterende vakken zijn niet alleen belangrijk voor de kinderen zelf, maar ook voor de samenleving. De kennis uit wereldoriënterende vakken is namelijk van economisch belang, omdat deze kennis in veel beroepen een rol speelt.

Huidige situatie

In het onderwijsbeleid heeft het verbeteren van taal- en rekenprestaties van kinderen prioriteit. Voor taal en rekenen zijn de kerndoelen uitgewerkt in leerlijnen en referentieniveaus. Voor de wereldoriënterende vakken zijn de kerndoelen niet uitgewerkt. Ook is vanaf schooljaar 2012/2013 de eindtoets voor taal en rekenen verplicht, terwijl de eindtoets wereldoriëntatie facultatief blijft. Door het accent op taal en rekenen, zullen scholen (zowel basisscholen als Pabo’s) minder tijd besteden aan wereldoriënterende vakken. Daardoor zullen de leerlingen minder goed presteren.

En dat is nu al te zien: “Gegevens uit PPON- en TIMMS onderzoek laten zien dat de tijdsbesteding en prestaties voor de wereldoriënterende vakken zijn teruggelopen, en dat leerlingen daarvoor gemiddeld een onvoldoende resultaat behalen. Dat betekent dat kinderen in het basisonderwijs steeds minder kennis en vaardigheden verwerven die noodzakelijk zijn voor vervolgstudie en deelname aan de samenleving” (Boersma, 2012, p.9).

Aanbevelingen aan OCW

Om de kwaliteit van het wereldoriëntatieonderwijs te verbeteren, doet Boersma onder andere de volgende aanbevelingen aan OCW:

  1. Werk referentieniveaus voor de wereldoriënterende vakken uit
  2. Weeg kerndoelen af op relevantie voor basisschoolleerlingen en samenleving
  3. Geef aan hoeveel tijd ten minste aan wereldoriënterende vakken, en hoeveel tijd tenminste aan taal en rekenen moet worden besteed
  4. Zorg voor wederzijdse afstemming en integratie van de wereldoriënterende vakken met taal en rekenen

anbevelingen aan Pabo’s

Aan Pabo’s doet Boersma de volgende aanbevelingen:

  1. Laat inhoud en didactiek van alle kerndoelen evenwichtig aan de orde komen in het curriculum. Zorg voor afstemming tussen taal, rekenen en wereldoriënterende vakken
  2. Leer docenten programma’s uit te werken voor wereldoriënterende vakken waarbij: – een onderzoekende houding en daarmee samenhangende vaardigheden gestimuleerd worden – afstemming en integratie met taal en rekenen plaats vindt
  3. Ontwikkel nascholingscursussen voor pabo-docenten en docenten basisonderwijs, over afstemming en integratie van wereldoriënterende vakken met taal en rekenen

Publicatie

ELWIeR en Ecent als één STEM