Lerarenopleidingen Science en Wiskunde/Rekenen

Kinderen doen ‘eerlijk’ onderzoek

Verslag van de werkgroep “Putting Science Enquiry at the Heart of Learning” tijdens een eendaagse ASE Londen Conferentie.

Bij onderzoek denken we direct aan professoren en wetenschappers. Toch ligt het ook dicht bij de manier waarin kinderen de wereld ontdekken. Er zijn manieren om interesse voor onderzoek bij kinderen te ontwikkelen. Dit artikel geeft aan de hand van een format aan hoe dit vormgegeven kan worden.

Bij ‘eerlijk’ onderzoek ontdekken kinderen welk verband er is tussen variabelen die ze kunnen veranderen. Bij ‘eerlijk’ onderzoek verandert er één variabele en wordt er gekeken (observatie) wat het effect er van is, terwijlal het andere hetzelfde blijft.
In Engeland wordt veel gebruik gemaakt van de werkbladen voor gevolgenonderzoek. Deze bladen loodsen de kinderen door het onderzoek heen:

  • Planningsblad
  • Verzamelen van onderzoeksresultaten
  • Presentatie van de onderzoeksresultaten
  • Interpretatie van de resultaten (evaluatie)

Wat is belangrijk voor de opleider?

Dit format is bruikbaar voor elk willekeurig ‘eerlijk’ onderzoek. Het helpt kinderen op de basisschool om een ‘eerlijk’ onderzoek op te zetten. Door regelmatig dit format te gebruiken, kunnen kinderen op een wetenschappelijke manier onderzoeken.

Wat is belangrijk voor een docent?

Mogelijkheden om ‘eerlijk’ onderzoek te doen ontstaan wanneer kinderen in de gaten krijgen dat het ene ding effect heeft op het andere (bv op een gladde vloer glijd je sneller uit op sokken dan met schoenen aan). Observatie geeft vaak aan dat het ene ding ‘beter’ is dan het andere en leidt dan tot een ‘eerlijk’ onderzoek.
Het is de taak van de leerkracht om de kinderen te laten onderzoeken wat het verschil is dat ze hebben waargenomen (bv chocolade dat sneller smelt) en om uit te zoeken welke mogelijke factoren invloed hebben (hoeveelheid chocolade, temperatuur, verpakking, percentage cacao enz).
In het begin zullen kinderen veel begeleiding nodig hebben om een goede onderzoeksvraag op te stellen, om de verschillende factoren die van invloed zijn te herkennen en om het onderzoek goed uit te voeren.

Het ene onderzoek kan weer een uitgangspunt zijn voor andere onderzoeken. Soms komen kinderen met een onderzoeksvraag die niet kan worden opgelost met ‘eerlijk’ onderzoek. Ze hebben dan een andere onderzoeksmethode nodig: bv groeperen en classificeren, observeren gedurende een tijdsbestek, patronen ontdekken en theoretisch onderzoek.

Voorbeelden van ‘eerlijk’ onderzoek:

  • Bellen blazen: Wat gebeurt er als we één van de ingrediënten veranderen? Wat als de temperatuur van het water verandert? Vliegen de grote bellen hoger? Gaan kleine bellen sneller?
  • Planten: Is het nodig dat we een zaadje rechtop poten? Als we niet goed voor een plantje zorgen gaat het dood. Hoe beïnvloedt de hoeveelheid water de manier waarop het groeit? Wat kunnen we nog meer veranderen?
  • Het is buiten koud en glad. Welke van onze schoenen hebben de meeste grip?
  • Geluid: Hoe verandert het geluid als we meer water in een fles stoppen? Wat is het beste materiaal om geluid tegen te houden?
  • Beweging: Wat beïnvloedt ons speelgoedautootje als het van een helling rijdt? Welke soort bal stuitert het hoogst? Welk papieren vliegtuigje vliegt het verst?

Links

  • Litaratuur: Turner, J., Keogh, B., Naylor, S. & Lawrence, L. It’s not fair- or is it? A guide to developing children’s ideas through primary science enquiry. Millgate House Education

ELWIeR en Ecent als één STEM